Erkenning als proefdierlabo of als fokker van proefdieren
In België worden dieren die gebruikt worden in experimenten, wettelijk beschermd.
Een erkenning is noodzakelijk voor:
- instituten die dierproeven uitvoeren ('gebruikers')
- fokkers van proefdieren.
Ethische commissies beoordelen voorafgaandelijk de onderzoeksvoorstellen. Er kunnen steeds inspecties van erkende faciliteiten plaatsvinden. Het aantal gebruikte dieren moet door de gebruikers jaarlijks worden bijgehouden. Gebruikers zijn verplicht alternatieve methodes te gebruiken - waarbij geen of minder dieren worden gebruikt - voor zover dergelijke methodes of testen beschikbaar zijn.
Ook het vervoer van proefdieren, dat beschouwd wordt als een commercieel transport, is gereglementeerd.
BCLAS vzw is een wetenschappelijke organisatie voor de stimulatie en ontwikkeling van de ethische zorg en gebruik van proefdieren. Op hun (Engelstalige) website vindt u meer informatie over dit thema.
Voorwaarden
De verantwoordelijke van de instelling moet de dieren dagelijks verzorgen en controleren. In elk labo moet een deskundige voor het dierenwelzijn aangesteld zijn . De taken van de deskundige werden omschreven in een rondzendbrief. Voor zijn controles gebruikt die deskundige een checklist.
Iedere gebruiker moet een Ethische Commissie oprichten of zich aansluiten bij een bestaande commissie. De commissies evalueren voorafgaandelijk de onderzoeksvoorstellen (Formulier voor de ethische evaluatie van dierproeven / ethische matrix, versie 3-4-2015) en zien toe op het vereiste opleidingsniveau van de personen die meewerken aan de proeven.
Gebruikers zijn verplicht alternatieve methodes te gebruiken die geen of minder dieren of minder gevoelige diersoorten vergen. Het KB van 30 november 2001 houdende verbod op sommige dierproeven wordt gewijzigd naargelang de stand van de wetenschap of nieuwe inzichten, bijvoorbeeld:
- Sinds 2005 mogen geen cosmetische ingrediënten meer op dieren worden getest
- Sinds 2010 zijn dierproeven voor de ontwikkeling van tabaksproducten verboden. Ook de productie van monoklonale antilichamen via de ascitesmethode (op muizen) is niet langer toegestaan.
Muizen, ratten, hamsters, cavia's, konijnen, primaten, honden en katten moeten specifiek worden gefokt voor gebruik in proeven. Dergelijke dieren moeten afkomstig zijn van erkende fokkers. Voor gebruikers en fokkers gelden de huisvestingsnormen beschreven in bijlage 3 van het KB van 6 april 2010, gebaseerd op bijlage III van Richtlijn 2010/63/EU.
Procedure
- Gebruikers die proefdieren houden, moeten daarvan aangifte doen.
- Gebruikers die dierproeven uitvoeren, moeten daarvoor erkend zijn door de minister bevoegd voor Dierenwelzijn. Daartoe stuurt de labodirecteur een aanvraagformulier naar de dienst Dierenwelzijn, met daarin een beschrijving van
- aard van de dierproeven
- gebruikte diersoorten
- huisvestingsfaciliteiten en lokalen
- lijst van het voorziene personeel dat instaat voor de verzorging van de dieren en meewerkt aan de dierproeven, met daarbij hun opleidingsniveau.
De verantwoordelijken van laboratoria en fokkerijen melden de dienst Dierenwelzijn alle wijzigingen in verband met de aard van de experimenten of de gebruikte diersoort(en), alsook van veranderingen inzake personeel of labo-infrastructuur.
Gebruikers en fokkers kunnen altijd worden gecontroleerd door de dienst Dierenwelzijn van de Vlaamse overheid. Bij inspecties is er, naast controle op de huisvesting en verzorging van de dieren, ook aandacht voor het register dat de verantwoordelijke van de instelling moet bijhouden. Daarbij wordt de herkomst, de identificatie (individueel of per lot) en de bestemming van de dieren gepreciseerd. Honden, katten en apen moeten individueel gemerkt worden door tatoeage of met een elektronische transponder (chip).
Regelgeving
België ratificeerde met de wet van 18 oktober 1991 ETS 123, de overeenkomst van de Raad van Europa betreffende het gebruik van dieren voor wetenschappelijke doeleinden.
Wet van 14 augustus 1986 betreffende de bescherming en het welzijn der dieren.
Het Koninklijk Besluit van 29 mei 2013 betreffende de bescherming van proefdieren.
Richtlijn 2010/63/EU werd ondertussen al omgezet in de Belgische wetgeving. Daarbij werden voorzieningen en normen aangepast aan de technische en wetenschappelijke evoluties.
Contactinformatie
-
Dienst Omgeving - uitsluitend op afspraak
Administratief Centrum
Dr. V. De Walsplein 30
3070 Kortenberg